Deze column verscheen eerder in het VO-Magazine.

Ik zit in de pauze te kletsen met een leerling. Ze is met een vmbo­basis­advies onze school binnen­ gekomen. Vol overtuiging vertelt ze mij: “Mijn zus zegt dat ik minimaal vmbo­t moet doen als ik in de zorg wil werken. Zij werkt in de zorg met vmbo­basis, maar dan krijg je geen goede contracten en weinig geld.”

Ik vertel de leerling dat je met een vmbo­basis­diploma erg nuttig werk kunt doen in de zorg. Haar blik verraadt: nuttig is niet hetzelfde als goede arbeidsvoorwaarden en een salaris waar je van rond kunt komen. Met de juiste begeleiding kan deze leerling waarschijnlijk wel vmbo­-kader of vmbo-­t aan.

Ze gaat er dus voor. Ik schrijf haar in voor extra (theoretische) lessen om haar leerachter­ standen weg te werken.

Een deel van de vmbo­-leerlingen maak je gelukkig met mogelijkheden om op te klimmen. Door onderadvisering en leerachterstanden zitten ze niet op de plek waar ze passen. Ik ben enorm trots op de vele mogelijkheden die onze school hiervoor biedt. Wat is er mooier dan een leerling te zien opbloeien en terechtkomen op een niveau dat past?

Voor een deel van de vmbo­leerlingen hoeft dit opklimmen echter juist niet. Zij komen tot bloei bij het rijke aanbod aan praktische vakken binnen het vmbo. Ze leven op bij techniek, verzorging en horeca. Ze ontdekken wat ze kunnen en gaan aan de slag met hun talenten. Vol goede moed kiezen ze een vervolgopleiding: verzorgende of beveiliger, monteur vliegtuigonderhoud of retailmedewerker. Ze genieten van hun opleiding en werk.

Maar ze roepen hun broertjes en zusjes wél op om extra theorielessen te nemen zodat ze kunnen opklimmen. Want ze balen van hun onzekere arbeidscontracten, hun salaris. Op hun werk wordt gezegd: “Als je meer wil verdienen, kun je toch opklimmen?” Alsof doorgroeien een must is voor een salaris waarvan je kunt rondkomen. Dat miskent het feit dat opklimmen niet voor iedereen mogelijk en wenselijk is.

Stapelen en doorgroeien moet je doen als je passie ergens anders ligt. In dat geval moet het altijd gestimuleerd en bevorderd worden. Stapelen hóeft echter niet. Soms liggen je talenten daar waar je bent. Ook op die plek moet je gewaardeerd en fatsoenlijk betaald worden. We hebben de verzorgenden, beveiligers, tunneloperators, metrobestuurders en spoor­ lassers keihard nodig. Dat weten we allemaal.

Als onderwijsgevenden zien we de kracht en het talent van onze leerlingen. Het zou mooi zijn als het bedrijfsleven en de overheid dat ook zouden erkennen. Niet door te roepen dat deze mensen belang­ rijk zijn, maar door ze passend te betalen. Pas dan wordt een vmbo­ basis­advies geen teleurstelling meer, maar een geuzentitel. Jij mag het werk gaan doen waar Nederland op zit te wachten. Jij mag de maatschappij draaiende gaan houden. Jij hebt dat talent.

Pas dan kunnen wij onze leerlingen helpen te kiezen wat écht bij hen past.

Foto gemaakt door Cees Glastra van Loon. Leerling op de foto komen niet voor in het verhaal.

Meld je aan voor het volgende verhaal

En ontvang de verhalen als eerste in je mailbox.
Maxe de Rijk

Maxe de Rijk

Leerkracht in het Speciaal Onderwijs Lees hier meer over Maxe.